Fase 1 - Stand van zaken

 

Voorafgaand aan de opstelling van het KlimaatActieProgramma van Vorst, is er een stand van zaken opgemaakt. Het doel was tweeledig:

  • de belangrijkste bronnen van broeikasgasemissies van het grondgebied en het gemeentebestuur identificeren, via de opstelling van een emissie-inventaris (ook wel koolstofbalans genoemd) → Inventaris van de emissies
  • inspelen op de klimaatveranderingen die wij in Vorst kunnen verwachten om te anticiperen op de risico’s, en zich te kunnen richten op de wijken van het grondgebied met aanzienlijke ongelijkheden op milieuvlak → Diagnose van de risico’s en kwetsbaarheid

 

Inventaris van de emissies

 

Wat zijn de belangrijkste bronnen van broeikasgasemissies in Vorst ?

 

Wanneer we het over de uitstoot van broeikasgassen (BKG) hebben, onderscheiden we over het algemeen twee soorten: directe en indirecte emissies. Directe emissies vinden plaats op het grondgebied als gevolg van de verbranding van gas voor verwarming, of benzine voor transport bijvoorbeeld). Terwijl indirecte emissies verband houden met activiteiten op het grondgebied, maar worden uitgestoten buiten het grondgebied (bijvoorbeeld emissies in China voor de productie van een smartphone van een Vorstenaar, of emissies voor de productie van Spaanse sinaasappelen die worden ingevoerd in onze Vorstse kruidenierswinkels, ...).
 
 
Illustratie van de directe en indirecte emissies (Bron: http://www.atmo-alsace.net/medias/produits/Bilan_des_emissions_dir.pdf)
 
Om een eerste beeld van de situatie in Vorst te schetsen, werd er een inventaris van de broeikasgasemissies opgemaakt voor twee perimeters: het grondgebied van Vorst en het gemeentebestuur van Vorst.
 
 

Grondgebied Vorst 

 
In 2019 bedroeg de directe BKG-uitstoot op het grondgebied van Vorst 159.220 tCO2e, of 2,8 tCO2e per inwoner. Dit is vergelijkbaar met de gemiddelde BKG-uitstoot per inwoner van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. 
 
Wat directe emissies betreft, zijn de belangrijkste emissiebronnen op het grondgebied van Vorst residentiële gebouwen (43%), transport (33%) en de tertiaire sector (10%). Naast de prioriteit die aan indirecte emissiebronnen moet worden gegeven, zijn het ook deze categorieën directe emissies waarop het actieplan zich moet richten op het niveau van het grondgebied.
 
 
Als we de indirecte emissies meerekenen, hoe ziet mijn koolstofvoetafdruk er dan uit als Vorstenaar ?
 
Als we rekening houden met de indirecte emissies op het grondgebied, kan het gemiddelde op 20 tCO2e per inwoner worden geraamd. Om een idee te geven: als we onder een klimaatopwarming van 1,5°C willen blijven, moeten we uitkomen op een gemiddelde van 1 tCO2e per inwoner, zijnde 20 keer minder dan nu !
 
De raming van de indirecte emissies is altijd een ruwe oefening. Om bijvoorbeeld de exacte emissies in verband met de import van tomaten te ramen, moeten we de precieze hoeveelheid tomaten kennen die in Vorst binnenkomt, evenals hun herkomst, vervoerwijze en de teeltomstandigheden. Het hoeft geen betoog dat niet al deze gegevens beschikbaar zijn voor alle stromen tussen Vorst en erbuiten!
 
Om een idee te krijgen van wat er is inbegrepen in de 20 tCO2e/inw/jaar geven verschillende studies ons een uitsplitsing wat betreft Brussel, Wallonië, België, Frankrijk, ... Ter illustratie: onze koolstofvoetafdruk zou eruit kunnen zien zoals in onderstaande afbeelding.
 
 
In woningen is het grootste deel van de emissies te wijten aan verwarming. Daarbij komt het elektriciteitsverbruik, evenals de emissies in verband met bouw en renovatie. Mobiliteit omvat de emissies in verband met verplaatsingen in Vorst en van de Vorstenaren buiten Vorst, alle vervoerwijzen samen. Voeding omvat de lokale productie en de invoer van voedingsmiddelen. Particuliere goederen en diensten komen overeen met alle aankopen van materiaal, technologieën, kleding, vrijetijds-, welzijns- en culturele diensten, ... Openbare goederen en diensten komen overeen met emissies in verband met onderwijs, gezondheidszorg, administratieve diensten, ... 
 
 

Gemeentebestuur van Vorst

 
In 2020 bedroeg de BKG-uitstoot van het gemeentebestuur 12 949 tCO2e. Dit totaal omvat de directe emissies en een raming van de indirecte emissies. Het grootste deel van de emissies van het gemeentebestuur wordt gegenereerd door de aankoop van goederen en diensten (82%), in het bijzonder de aankopen met betrekking tot de gebouwen (wegenwerken, renovaties, ...). De andere emissiebronnen van het gemeentebestuur zijn het energieverbruik van de gemeentelijke gebouwen (13%), afval (4%) en het transport van de gemeentevloot (1%). Deze categorieën emissies moeten dus in het actieplan op het niveau van het gemeentebestuur als prioriteit worden aangemerkt.

 

  • Om verder in details te treden: het volledige verslag hier
  • De samenvatting (deel 1) hier
 

Hoe zal het klimaat in Vorst evolueren ?

 
De gemeente Vorst zal niet gespaard blijven van de gevolgen van de klimaatverandering. Als we de klimaatsituatie die tussen 1950 en 2000 is waargenomen, vergelijken met de voorspelde situatie vanaf 2050, blijkt uit de analyse dat we ons voor de gemeente Vorst aan de volgende ontwikkelingen kunnen verwachten: 
  • stijging van de warmere gemiddelde temperaturen die in verstedelijkte gebieden nog zal toenemen; 
  • een aanzienlijke toename van hittegolven op het vlak van aantal (x 3), intensiteit (x 2) en duur (x 1,5);
  • toename van de hitte-eilanden en hogere nachtelijke temperaturen in verstedelijkte gebieden met een laag albedo, problematisch in slecht geïsoleerde woningen en versterking van de luchtvervuiling door de verergering van de vorming van ozon, wat effecten op de gezondheid heeft op het vlak van mortaliteit;
  • lichte toename van de winterse neerslag en weinig significante verandering voor de gemiddelde neerslag in de zomer;
  • lichte toename van zware regenval (< 10 mm);
  • meer meteorologische droogteperiodes en veel meer uitzonderlijke meteorologische droogteperiodes (x 5).
 
 

territoriaal kader

 

Alvorens de risico’s en kwetsbaarheden van het grondgebied kunnen worden omschreven, moet er eerst een territoriaal kader worden opgesteld. Dat kan als volgt worden samengevat: het Vorstse grondgebied vertoont ongelijkheden tussen laag- en hoog-Vorst, waarbij laag-Vorst gemiddeld armer is dan hoog-Vorst. Dezelfde globale ongelijkheden gelden voor de gemiddelde leeftijd - de wijken van hoog-Vorst zijn gemiddeld ouder dan die van laag-Vorst - en voor de verdeling van de groene ruimten, die in laag-Vorst gemiddeld minder aanwezig en bebost zijn dan in hoog-Vorst. De dynamiek van dichtheid is contrastrijker.

Voor een visuele analyse van het territoriaal kader : 

 

Wat zijn de risico’s en kwetsbaarheden van Vorst?

 

Als we de verwachte klimaatevolutie naast het territoriale kader leggen, kunnen we de volgende conclusies trekken:  
  • Wat de hittegolven en -eilanden betreft, zijn de risico’s voor Vorst groot. De wijken van laag-Vorst zijn er kwetsbaarder voor dan de wijken van hoog-Vorst en Vorst Oost. De wijken van laag-Vorst hebben te maken met verschillende factoren die hun kwetsbaarheid voor de verwachte hittegolven en -eilanden verhogen (bezettingsgraad van de huizenblokken, aandeel senioren, gebrek aan groene ruimte). [Hitte-eilanden in Vorst
  • Wat de overstromingen betreft, zijn de risico’s voor Vorst groot. Met name door de topografie heeft laag-Vorst gemiddeld meer te lijden onder het risico van overstroming door afvloeiing. We wijzen erop dat de toename van verharde oppervlakken in Vorst het risico op overstromingen aanzienlijk verhoogt. Bovendien wordt het risico van overstromingen door de rivieren bevestigd voor het gemeentelijke grondgebied dat aan de oevers van de Zenne ligt. [Overstromingen in Vorst in kaart gebracht]
 
De sociaal-economische en stedenbouwkundige ongelijkheden van het Vorstse grondgebied plaatsen de wijken en de inwoners niet op dezelfde schaal van risico’s en kwetsbaarheden: we spreken van ongelijkheden op milieuvlak. De verwachte gevolgen van de klimaatverandering zijn niet alleen een vaststelling, maar kunnen de ongelijkheden nog versterken. Deze conclusie moet dan ook als leidraad dienen voor het KlimaatActieProgramma: de grootste zorg zal moeten worden besteed aan de meer precaire en kwetsbare bevolkingsgroepen die in dit verslag aan bod komen.

Deze paar regels vatten de resultaten van de analyse bondig samen. Wil je weten of je je in een hoogrisicozone bevindt? Wil je meer weten over andere soorten risico’s (luchtverontreiniging, ...) of over de kwetsbaarheid van bepaalde sectoren (gezondheid, fauna, flora, ...)? Wil je meer weten over de gebruikte methodologie?

Een uitgebreidere samenvatting (deel 2) hier
Het volledige verslag hier

 

Afdrukken